Uncategorized

De onbekende God

Kent je dat verhaal van Paulus en de onbekende God in Athene? Ik kende het verhaal wel, maar toch staat er meer in dan ik eerder doorhad. Iemand wees op het bijzondere karakter van dit verhaal en dat was reden genoeg om het eens opnieuw door te lezen.

Handelingen 17:22 (HSV) En Paulus, die midden op de Areopagus stond, zei: Mannen van Athene! Ik merk dat u in alle opzichten zeer godsdienstig bent. 23 Want toen ik de stad doorging en uw heiligdommen bekeek, trof ik ook een altaar aan waarop het opschrift stond: AAN EEN ONBEKENDE GOD. Deze dan, Die u dient zonder dat u Hem kent, verkondig ik u. 24 De God Die de wereld gemaakt heeft en alles wat daarin is, Deze, Die een Heere van de hemel en van de aarde is, woont niet in tempels die met handen gemaakt zijn. 25 Hij wordt ook door mensenhanden niet gediend alsof Hij iets nodig heeft, omdat Hij Zelf aan allen het leven, de adem en alle dingen geeft. 26 En Hij maakte uit één bloed heel het menselijke geslacht om op heel de aardbodem te wonen; en Hij heeft de hun van tevoren toegemeten tijden bepaald, en de grenzen van hun woongebied, 27 opdat zij de Heere zouden zoeken, of zij Hem misschien al tastend zouden mogen vinden, hoewel Hij niet ver is van ieder van ons. 28 Want in Hem leven wij, bewegen wij ons en bestaan wij; zoals ook enkelen van uw dichters gezegd hebben: Want wij zijn ook van Zijn geslacht. 29 Wij nu, die van Gods geslacht zijn, moeten niet denken dat de Godheid gelijk is aan goud, zilver of steen, een product van de kunstzinnigheid en gedachten van een mens. 30 God dan verkondigt, met voorbijzien van de tijden van de onwetendheid, nu overal aan alle mensen dat zij zich moeten bekeren, 31 en wel omdat Hij een dag vastgesteld heeft, waarop Hij de wereld rechtvaardig zal oordelen door een Man Die Hij daartoe aangesteld heeft. Daarvan heeft Hij aan allen het bewijs geleverd door Hem uit de doden te doen opstaan. 32 Toen zij nu over de opstanding van de doden hoorden, spotten sommigen daarmee. En anderen zeiden: Wij zullen u hierover nog wel eens horen. 33 En zo is Paulus uit hun midden weggegaan. 34 Maar sommige mannen sloten zich bij hem aan en geloofden. Onder hen waren ook Dionysius de Areopagiet, en een vrouw van wie de naam Damaris was, en anderen met hen.

Het meest opmerkelijke is dat Paulus opmerkt dat de mensen in Athene erg godsdienstig zijn, het lijkt eigenlijk wel een compliment en Paulus begint daar verder niet over te oordelen. Iets dat hij wat betreft de afgoderij die in Athene best had kunnen doen, maar met welk doel? Hij zoekt een opening want hun zoeken en dienen van God(en) kan best wel vanuit een oprecht hart zijn. 

Hij wijst hen op het altaar dat was opgericht aan de onbekende God, en zij dienden ook die onbekende God.

Waarom waren deze mensen in Athene zo godsdienstig en waarom dienden zij zelf een onbekende God? Is dat niet raar?

Paulus geeft daarop het antwoord aan deze mensen in Athene in zijn toespraak. Hij maakt duidelijk dat God ons allemaal gemaakt uit één menselijk bloed, en Hij heeft onze tijd en ons woongebied bepaald zodat wij God zouden gaan zoeken.

Hierin mag je volgens mij zien dat God nauwkeurig heeft bepaald voor jou en ook voor mij in welke tijd wij leven van deze schepping/wereld geschiedenis en dat Hij ook heeft bepaald waar je zou leven.

Deze beide punten zijn bedoeld om jou en mij aan te zetten tot het zoeken van God.

Deze mensen in Athene waren daar dus geboren in die tijd om zo God te kunnen zoeken en te kunnen vinden. En dat klinkt vreemd als wij met onze christelijke en westelijke moderne kijk zien hoeveel afgoderij daar aanwezig was. Maar blijkbaar is dat geen excuus, maar ook geen belemmering voor de mens om God te kunnen vinden, het ligt helemaal aan de motieven van de mens in wat of wie Hij zoekt om te dienen.

Het was zelfs zo dat zij eigenlijk naast al die afgoden ook al God aanbaden en diende, want zij hadden een altaar opgericht voor de onbekende God waarvan Paulus duidelijk maakt dat het de God is die boven alle anderen staat.

Doen wij soms niet hetzelfde, God dienen en daarnaast bewust of onbewust meerdere afgoden dienen? Is onze “hoofdgod” vaak niet een afgod terwijl de echte God voor ons onbekend blijft?

Deze mensen in Athene zochten dus net als jou en mij naar God om Hem te dienen, en wat Paulus zegt is dat tijdens dat zoeken naar God, God zelf eigenlijk helemaal niet ver is.

Hij zegt tegen deze mensen, en ook tegen jou en mij, dat dat wij in Hem leven wij, bewegen wij en bestaan wij, iets wat volledig aansluit op het eerste hoofdstuk van het Johannes evangelie waarin Johannes duidelijk maakt dat alles door Het Woord van God dat van Hem uitging is geschapen en bestaat.

Johannes 1:1 (HSV) In het begin was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God. 2 Dit was in het begin bij God. 3 Alle dingen zijn door het Woord gemaakt, en zonder dit Woord is geen ding gemaakt dat gemaakt is.In het Woord was het leven en het leven was het licht van de mensen.

De hele schepping is dus voortgebracht door Gods Woord, en wij leven daarin, maar wij leven notabene doordat Gods Woord (Zijn Levensadem) in onze ziel zit. En met dat “wij” bedoeld Paulus niet alleen zichzelf en de christelijke broeders, maar ook die mensen in Athene, want ook zij leven nou eenmaal in deze schepping en door Het Woord van God dat als een licht/lamp brand in hun hart.

Johannes 5:37 En de Vader, Die Mij gezonden heeft, Die heeft Zelf van Mij getuigd. U hebt Zijn stem nooit gehoord, en ook Zijn gedaante niet gezien. 38 En Zijn woord hebt u niet blijvend in u, omdat u Hem niet gelooft Die Hij gezonden heeft.

Spreuken 20:27 De geest van een mens is een lamp van de HEERE, die alle schuilhoeken van zijn binnenste doorzoekt.

Paulus laat ook zien dat de Griekse dichters ook hiervan enige kennis hadden want zij bevestigen dat wij van dit goddelijke geslacht zijn, geschapen en levend door God, en in Gods Schepping. 

Zo is dus God eigenlijk helemaal niet ver, terwijl wij best soms lang zoeken naar Hem. En dat zoeken komt omdat we het verkeerd zoeken.

Paulus benadrukt dat God niet een God is van goud, zilver of steen maar ook niet een product is van de kunstzinnigheid en gedachten van een mens. 

God is dus niet een afgodsbeeld van stoffelijke materialen, en ook niet een beeld gevormd en vastgelegd door menselijke gedachten, want God is niet vast te leggen met ons verstand.

Iets dat deze Grieken wel deden, maar een opening in hielden door in ieder geval open te staan voor een onbekende God. Dat waarschijnlijk omdat zij ook wel voelde dat het nog niet klopte in hun hart.

Maar doen wij dat als gelovigen niet hetzelfde in onze tijd en plaats waar wij geboren zijn? Bulkt het bij ons ook niet van de afgoden? Is de ene niet van die leer en de andere van weer een andere leer?

Allemaal producten van menselijke gedachten, hoe kunstzinnig deze ook soms zijn.

Zodra wij God vastleggen zijn we het kwijt, maar als wij net als deze mensen in Athene een opening houden voor het nog onbekende van God dan heeft God een opening om ons weer nieuwe dingen van Hem te leren en te openbaren. Precies zoals de mensen van Athene hier God een opening gaven en die door Paulus werd benut, gedreven door de Heilige Geest.

Sommige spotten er vervolgens mee, maar anderen vinden de waarheid in de woorden van Paulus, hoe belachelijk het ook lijkt in vergelijking met hun huidige Gods kennis. 

Maar uiteindelijk zien we de onbekende God ook terug bij Abraham, want hij kende God ook niet bij naam. Hij wandelende wel met God en vertrouwde op Hem zodat Abraham nu tot een van de grootste geloofshelden wordt gezien.

Exodus 6:1 Toen sprak God tot Mozes en zei tegen hem: Ik ben Jahweh. 2 Ik ben aan Abraham, Izak en Jakob verschenen als God de Almachtige, maar met Mijn Naam Jahweh ben Ik hun niet bekend geweest.

En zoals je nu misschien gezien hebt in Exodus 6 heb ik expres de naam “HEERE” vervangen door wat er echt staat in de grondtekst, namelijk “Jahweh”, of ook soms anders uitgesproken “Jehova”. 

En dat doe ik om aan te duiden dat Abraham God niet kende bij die naam, maar het gros van onze christelijke wereld kent Hem ook niet bij die naam. En ondanks dat dienen ze toch dezelfde God als Abraham diende. 

Het zit hem niet in de juiste woorden en de juiste naam, het zit hem in of je met een oprecht hart God zoekt en God wil vinden. Het gaat erom dat je hart naar Hem uitgaat en God is niet begrensd door de cultuur en godsdienstigheid waarin wij zijn opgegroeid, en zodra het wel je groei begrenst komt er vanzelf een Paulusje langs die de onbekende God die gediend wordt openbaart en de weg naar Hem uitlegt.

En mijn advies is voor als je hem gevonden hebt dat je dat wat je vindt niet vastleg in een Godsbeeld met een punt erachter. Houd een opening voor God om zo nog meer te laten zien en te openbaren, iets dat door zal gaan tot in de eeuwigheid.

Jeremia 29:11 (HSV) Ik immers, Ik ken de gedachten die Ik over u koester, spreekt Jahweh. Het zijn gedachten van vrede en niet van kwaad, namelijk om u toekomst en hoop te geven. 12 Dan zult u Mij aanroepen en heengaan, u zult tot Mij bidden en Ik zal naar u luisteren. 13 U zult Mij zoeken en vinden, wanneer u naar Mij zult vragen met heel uw hart.

Hebreeën 11:6 (HSV) Zonder geloof is het echter onmogelijk God te behagen. Want wie tot God komt, moet geloven dat Hij is, en dat Hij beloont wie Hem zoeken.

Lucas 11:9 (HSV) En Ik zeg u: Bid, en u zal gegeven worden; zoek, en u zult vinden; klop, en er zal voor u opengedaan worden. 10 Want ieder die bidt, die ontvangt; wie zoekt, die vindt; en wie klopt, voor hem zal er opengedaan worden.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *