In Genesis begint de bijbel met het bekende scheppingsverhaal. Adam en Eva worden geschapen en wandelen met God in de hof. Ze krijgen daarmee toegang tot het paradijs en mogen eten van alle bomen. Enkel mogen ze niet eten van de boom van kennis van goed en kwaad, zoals je kunt lezen in Genesis 2 vers 17.

Genesis 2:

9. God maakt bomen, begerenswaardige bomen om van te eten; ook de Booms des levens en de boom van kennis van goed en kwaad. 

Genesis 2:

16. En de Heere God gebood de mens: van alle bomen van de hof mag je vrij eten,

17. maar van de boom van de kennis van goed en kwaad, daarvan mag u niet eten, want op de dag dat u daarvan eet, zult u zeker sterven.

U zult dan sterven, dit betekent niet perse in fysieke zin, maar vooral geestelijk. Je bent dan gestorven voor God, er is dan geen relatie meer. Want na het eten van de boom van kennis van goed en kwaad zagen Adam en Eva pas dat ze naakt waren. Ze schaamde zich voor wie ze waren en verborgen zich voor God op het moment dat hij in het paradijs kwam om te wandelen met Adam en Eva.

Genesis 3: 22-24

22. Toen zei de Heere God: Zie, de mens is geworden als één van Ons, omdat hij goed en kwaad kent. Nu dan, laat hij zijn hand niet uitsteken en ook van de boom des levens nemen en eten, zodat hij eeuwig zou leven!

23. Daarom zond de Heere God hem weg uit de hof van eden, om de aardbodem te bewerken, waaruit hij genomen was.

24. Hij verdreef de mens, en plaatste ten oosten van de hof van Eden de Cherubs met een vlammende zwaard, dat heen en weer bewoog, om de weg naar de boom des levens te bewaken.

Nadat Adam en Eva hadden gegeten van de boom van kennis van goed en kwaad zet God hun uit het paradijs, de hof van eden. Dit deed hij, omdat hij niet wilde dat ze aten van de boom des levens. Als ze zouden eten van de boom des levens, dan zouden ze eeuwig leven hebben. God plaats zelfs een Cherubs bij de ingang, zodat ze er niet naar terug kunnen. Niet vanwege al het moois in de hof, maar enkel om de boom des levens te bewaken.

Je ziet de Boom des levens ook nog twee keer terugkomen in Openbaringen. De boom is er dus nog altijd en hij komt weer terug. Hij zal ons te eten geven zelfs van die boom, dat bekent het eeuwige leven.

Openbaring 2:7

Wie oren heeft, laat hij horen wat de Geest tegen de gemeenten zegt. Wie overwint, hem zal Ik te eten geven van de Booms des levens, die midden in het paradijs van God staat.

Openbaring 22:2

In het midden van haar straat en aan de ene en de andere zijde van de rivier bevond zich de Boom des levens, die twaalf vruchten voortbrengt – van maand tot maand geeft Hij Zijn vrucht. En de bladeren van de boom tot genezing van de heide volken.

Wat kunnen we hieruit leren?

Deze boom heeft er voor gezorgd dat we zijn zoals God, maar hoe moet je dat dan zien? Wij mensen oordelen snel, we bestempelen iets snel of het goed of kwaad is. Blijkbaar konden Adam en Eva dit eerst niet.

Daarbij valt eigenlijk vooral op dat ze zich daarna schaamde. Ze zagen ineens dat ze naakt waren en wilde zo niet gezien worden door God. Wij staan net zo goed naakt voor God. Wij hebben niks om aan Hem te geven, hij is de maker van alles, wie ben ik dan die voor Hem zou mogen staan?

Er zijn dus twee bomen die worden benoemt en God is er heel duidelijk in van welke boom je wel mag eten en van welke juist niet. We leven nu niet meer in het paradijs en hebben dan wel niet de keuze tussen de letterlijke bomen, maar toch hebben we er elke dag mee te maken. Want van welke boom eet jij? Ben jij elke keer weer bezig met het goed en kwaad?

Bepalen wat goed en kwaad is, zorgt ervoor dat je bezig ben met het eten van die vruchten. Je zult vervolgens ook zelf die vruchten gaan voortbrengen. Maar God vraagt van ons om ons te voeden met de boom des levens, we hoeven ons niet bezig te houden met wat goed en kwaad is, nee we hoeven ons enkel en alleen te richten op die andere boom. De boom die ons het eeuwige leven geeft, wat een zegen!

Het heeft dus geen zin om bezig te zijn met alles wat er om ons heen gebeurd. Dit is natuurlijk wel wat genuanceerde dan dat ik het zo stel. Maar we hoeven ons er geen zorgen om te maken, we hoeven ons er niet mee te voeden. We mogen ons nogmaals voeden met de boom van het leven, dat brengt immers leven voort. Een leven met God en wandel met God. Het zorgt er voor dat je enkel en alleen wilt richten op de dingen van God. We blijven natuurlijk mensen maar door bezig te zijn met goed en kwaad, het dualisme, zorgen we er vaak voor dat we God op die manier zien. Dat we God zien als dat hij bezig is met goed en kwaad, het dualisme. God is een rechtvaardig God en zal zeker oordelen. Maar het hele doel waar Hij naar toe wil is eenheid! En als we allemaal eten van die boom des levens, zijn we bezig met een eenheid. Dus we hoeven niet te kijken naar wat een ander doet en waar daarin mogelijk wel niet goed of fout is, dat dient helemaal geen doel. Het helpt jezelf niet en het helpt die ander ook niet. Beide worden hierin niet opgebouwd, maar eerder afgebroken.

Ik zie zelf ook de boom des levens als een boom waar eenheid is en waar ik mag eten van Gods vruchten, dit is een 1 op 1 relatie met Hem. Hier is het niet van toepassing wat een ander vind wat ik anders zou moeten doen. Nee, ik eet van Gods vruchten, dat is het enige wat telt. 

We blijven mensen, dus dit is niet gemakkelijk, we leven nu eenmaal in een wereld waar goed en kwaad heerst. Maar uiteindelijk als iets goed is, wordt het vaak vanzelf wel kwaad. Het is een visuele cirkel waar je in rondloopt, de enige manier om hier uit te komen is door naar boven te kijken en te eten van de boom des levens.

Van welke boom eet jij vandaag? Waar voed jij je mee?