Uncategorized

Kinderen uit steen verwekken?

Johannes de Doper ging onze Messias, Jezus Christus voor in geboorte wat we vaak lezen met het kerstverhaal. Johannes ging ook Jezus voor in de prediking om zo een weg te bereiden en te getuigen van Hem. In deze prediking spreekt Johannes in de woestijn waar hij doopte, harde woorden tegen de Farizeeën en Sadduceeën. 

Johannes kwam om te getuigen van Gods Woord, maar de Farizeeën en Sadduceeën hadden geen verlangen naar dat Woord. Zij hadden Abraham als vader en stelde zich daarmee veilig en verheven en waren arrogant. Zij hadden de geschriften, de boeken van Mozes (de wet) van God ontvangen die spraken over het geloof van Abraham, maar zij misbruikten die tot eigen gewin en aanzien. In dit alles komt Johannes tot een vreemde opmerking, namelijk; “want ik zeg u dat God zelfs uit deze stenen voor Abraham kinderen kan verwekken”.

Matteüs 3:1 In die dagen trad Johannes de Doper op en hij predikte in de woestijn van Judea, 2 en zei: Bekeer u, want het Koninkrijk der hemelen is nabijgekomen. 7 Toen hij velen van de Farizeeën en Sadduceeën op zijn doop zag afkomen, zei hij tegen hen: Adderengebroed! Wie heeft u laten weten dat u moet vluchten voor de komende toorn? 8 Breng dan vruchten voort in overeenstemming met de bekering, 9 en denk niet dat u bij uzelf kunt zeggen: Wij hebben Abraham als vader; want ik zeg u dat God zelfs uit deze stenen voor Abraham kinderen kan verwekken. 10 De bijl ligt zelfs al aan de wortel van de bomen; elke boom dan die geen goede vrucht voortbrengt, wordt omgehakt en in het vuur geworpen.

Maar wat hebben die stenen in de woestijn nou te maken met kinderen van Abraham? Hoe zou God uit stenen, kinderen van Abraham kunnen verwekken? Het zit hem in Gods Woord, wat is Gods Woord?
De Farizeeën en Sadduceeën beschikte over het juiste boek en hadden de juiste woorden, maar hun hart was niet juist. Abraham had niet die geschriften, en misschien niet eens de juiste woorden, maar hij had geloof en vertrouwde op God.

Galaten 3:6 Zoals Abraham God geloofde en het hem tot gerechtigheid werd gerekend. 7 Begrijp dan toch dat zij die uit het geloof zijn, Abrahams kinderen zijn. 8 En de Schrift, die voorzag dat God uit het geloof de heidenen zou rechtvaardigen, verkondigde eertijds aan Abraham het Evangelie: In u zullen al de volken gezegend worden. 9 Daarom worden zij die uit het geloof zijn, gezegend samen met de gelovige Abraham. 10 Want allen die uit de werken van de wet zijn, zijn onder de vloek. Er staat immers geschreven: Vervloekt is ieder die niet blijft bij alles wat geschreven staat in het boek van de wet, om dat te doen. 11 En dat door de wet niemand gerechtvaardigd wordt voor God, is duidelijk, want de rechtvaardige zal uit het geloof leven. 12 Maar voor de wet is het niet: uit geloof, maar: De mens die deze dingen doet, zal daardoor leven.

Maar wat heeft geloof te maken met stenen? Dat heeft te maken met de vraag hoe Abraham tot geloof kom komen. Abraham was net als de overige volkeren een heiden, maar door God weggeroepen uit het volk waar hij toe behoorde om apart gezet te worden in een onbekend land. (heiliging). Abraham vertrouwde op God zonder geschriften of bijbel, hij had zoals iedere heiden de schepping als getuigen dat God bestaat en Almachtig is!
Gods schepping is ontstaan doordat God het in het bestaan sprak met Zijn woorden (zie Genesis). De schepping is dus een uitdrukking van Gods Woord waarin Hij zijn grootsheid, maar ook Zijn plan met deze schepping openbaart.
Johannes de Doper begreep dit als geen ander want Hij getuigde van dit Woord net als zijn naamgenoot Johannes de discipel.

Johannes 1:1 In het begin was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God. 2 Dit was in het begin bij God. 3 Alle dingen zijn door het Woord gemaakt, en zonder dit Woord is geen ding gemaakt dat gemaakt is. 4 In het Woord was het leven en het leven was het licht van de mensen. 5 En het licht schijnt in de duisternis, en de duisternis heeft het niet begrepen. 6 Er was een mens door God gezonden; zijn naam was Johannes (de doper). 7 Hij kwam tot een getuigenis, om van het licht te getuigen, opdat allen door hem geloven zouden. 8 Hij was het licht niet, maar was gezonden om van het licht te getuigen. 9 Dit was het waarachtige licht, dat in de wereld komt en ieder mens verlicht. 10 Hij (Het Woord) was in de wereld en de wereld is door Hem ontstaan en de wereld heeft Hem niet gekend. 11 Hij kwam tot het Zijne (Zijn schepping), maar de Zijnen hebben Hem niet aangenomen. 12 Maar allen die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven kinderen van God te worden, namelijk die in Zijn Naam geloven; 13 die niet uit bloed, niet uit de wil van vlees en ook niet uit de wil van een man, maar uit God geboren zijn.

Ook Paulus spreekt in Romeinen dat er geen excuus is voor de mens omdat de dingen van de Onzichtbare God in de schepping zichtbaar zijn,gekend en doorzien kunnen worden. Op dezelfde wijze dat de Israëlieten dit konden kennen en zien vanuit hun geschriften.
Sterker nog, tijdens de geboorte van de Messias op aarde miste het volk met hun geschriften helemaal deze gebeurtenis op de herders na, en dat terwijl heidense wijzen uit het oosten dit wel lazen in de sterren die een onderdeel zijn van Gods schepping, en dus Zijn Woord.

Romeinen 1:18 Want de toorn van God wordt geopenbaard vanuit de hemel over alle goddeloosheid en ongerechtigheid van de mensen, die de waarheid in ongerechtigheid onderdrukken, 19 omdat wat van God gekend kan worden, hun bekend is. God Zelf heeft het hun immers geopenbaard. 20 Want de dingen van Hem die onzichtbaar zijn, worden sinds de schepping van de wereld uit Zijn werken gekend en doorzien, namelijk én Zijn eeuwige kracht én Zijn Goddelijkheid, zodat zij niet te verontschuldigen zijn. 21 Want zij hebben, hoewel zij God kennen (door Zijn schepping), Hem niet als God verheerlijkt of gedankt, maar zij zijn verdwaasd in hun overwegingen en hun onverstandig hart is verduisterd.

Romeinen 4:13 Want niet door de wet is de belofte aan Abraham of zijn nageslacht gedaan dat hij een erfgenaam van de wereld zou zijn, maar door de gerechtigheid van het geloof. 14 Immers, als zij die uit de wet zijn, erfgenamen zijn, is het geloof zonder inhoud geworden en is de belofte tenietgedaan. 15 De wet brengt immers toorn teweeg, want waar geen wet is, is ook geen overtreding. 16 Daarom is het uit het geloof, opdat het zou zijn naar genade, met als doel dat de belofte zeker zou zijn voor het hele nageslacht, niet voor dat wat uit de wet alleen is, maar ook voor dat wat uit het geloof van Abraham is, die een vader is van ons allen, 17 zoals geschreven staat: Ik heb u tot een vader van vele volken gemaakt. Dit was hij tegenover Hem in Wie hij geloofd heeft, namelijk God, Die de doden levend maakt, en de dingen die niet zijn, roept alsof zij er waren.

Hier zit volgens mij de kern waarover Johannes het had, dat Gods schepping en Gods genade, namelijk Zijn Zoon zo Groots is dat uit een knullig onderdeel van die schepping, namelijk een steen, God kinderen van Abraham (geloof) kan verwekken. Zo krachtig is Zijn Woord waaruit die gehele schepping, en dus ook die steen is voortgekomen zodat een heiden die Gods Woord niet kent Hem zal ontdekken in Zijn schepping, al is het een steen, wat door Zijn Woord tot stand kwam. 

In ieder onderdeel van Gods schepping zit een uitbeelding van Zijn plan voor hen die Hij liefheeft, ook die ene steen getuigd hiervan;

Romeinen 9:31 Maar Israël, dat de wet van de gerechtigheid najaagde, is aan de wet van de gerechtigheid niet toegekomen. 32 Waarom niet? Omdat zij die niet uit geloof zochten, maar als uit werken van de wet. Want zij hebben zich gestoten aan de steen des aanstoots, 33 zoals geschreven staat: Zie, Ik leg in Sion een steen des aanstoots en een struikelblok. En: Ieder die in Hem gelooft, zal niet beschaamd worden.

Het is namelijk niet die letterlijk steen, of stenen in de woestijn die kinderen van het geloof voortbrengt, nee het is Dé Steen, Dé Rots, Jezus dé Christus, Gods ware Woord die deze kinderen van geloof voortbrengt. Doordat de joden struikelen over die steen, namelijk God Woord, Zijn Zoon, zullen er kinderen van Abraham verwekt worden uit de heidenen;

Matteüs 21:42 Jezus zei tegen hen: Hebt u nooit gelezen in de Schriften: De steen die de bouwers verworpen hadden, die is tot een hoeksteen geworden; dit is door de Heere geschied, en het is wonderlijk in onze ogen? 43 Daarom zeg Ik u dat het Koninkrijk van God van u weggenomen zal worden en aan een volk (de heidenen) gegeven dat de vruchten ervan voortbrengt.

Handelingen 13:46 Maar Paulus en Barnabas zeiden vrijmoedig: Het was nodig dat het Woord van God eerst tot u gesproken zou worden, maar aangezien u het verwerpt en uzelf het eeuwige leven niet waard oordeelt, zie, wij wenden ons tot de heidenen.

1 Petrus 2:4 en kom naar Hem toe als naar een levende steen, die wel door de mensen verworpen is, maar bij God uitverkoren en kostbaar,

Ook David had in de stabiliteit van de rotsen in de schepping een eigenschap van God herkend. Hij spreek daarom meerdere malen in zijn Psalmen dat God voor hem als een rots is.

Psalmen 18:3 JAHWEH is mijn rots en mijn burcht en mijn Bevrijder, mijn God, mijn rots, tot Wie ik de toevlucht neem, mijn schild en de hoorn van mijn heil, mijn veilige vesting.

Psalmen 19:15 Laat de woorden van mijn mond en de overdenking van mijn hart welgevallig zijn voor Uw aangezicht, JAHWEH, mijn rots en mijn Verlosser!

Zo mogen dus de heidenen die zonder geschriften waren of een letterlijke vader zoals Abraham toch kinderen van God worden. De letterlijke kinderen van Abraham struikelde over de steen die God had geplaatst, waarna die steen andere kinderen van Abraham kon voortbrengen dan zij die erover gestruikeld waren.

1 Petrus 1:22 Nu u dan uw zielen gereinigd hebt in de gehoorzaamheid aan de waarheid, door de Geest, tot ongeveinsde broederliefde, heb elkaar vurig lief uit een rein hart, 23 u, die opnieuw geboren bent, niet uit vergankelijk, maar uit onvergankelijk zaad, door het levende en eeuwig blijvende Woord van God.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *